Iedereen zegt altijd: “Jij maakt zelf je coschap.” Nu is dit natuurlijk maar voor een deel waar. Het ziekenhuis, jouw collega’s en de begeleiding spelen hier ook een belangrijke rol in; alleen heb je hier zelf vaak geen controle over. Het enige waar je wel wat aan kan doen is hoe je er zelf in staat en hoe jij het beste uit je coschap kan halen.  

Hier een aantal tips om zo’n leuk en leerzaam mogelijk coschap te hebben:

1. Bereid je voor.  

Het klinkt vanzelfsprekend, maar een goede voorbereiding is het halve werk.  
Verdiep je in de meest voorkomende ziektebeelden of in de ziektebeelden die je gedurende het coschap tegenkomt. 
Bereid altijd je poli’s zo goed mogelijk voor (ook als je niet zelfstandig patiënten ziet). Op deze manier kan je niet alleen maar meedenken bij de nieuwe patiënten, maar begrijp je ook waar je op moet letten bij de controle patiënten. 

2. Neem een schriftje mee (en vergeet dan niet ook een pen mee te nemen). 

Vaak en vooral aan het begin van een coschap kan je het gevoel hebben dat je geen flauw idee hebt waar de artsen en misschien zelfs ook je medeco’s het over hebben.  
Zorg ervoor dat je een schriftje bij de hand hebt om zo gedurende de dag de dingen op te schrijven die je niet weet. Zo kan je ze op een later moment opzoeken. Daarnaast kan je natuurlijk ook de zaken opschrijven die je gedurende de dag hebt geleerd.  

3. Wat wil je eruit halen?  

Denk van tevoren na over wat je wilt halen uit het coschap. Soms kan je heel erg opkijken tegen een coschap of weet je al zeker dat je niet een bepaalde soort arts wilt worden. Dit is niet erg, maar zorg ervoor dat het niet in de weg komt te zitten van je leerproces. Denk na over wat het coschap je kan leren/kan bieden om je verder te ontwikkelen voor je toekomstige loopbaan. Dit kan bijvoorbeeld zijn: communiceren met patiënten en hun naasten, praktische vaardigheden zoals infuus prikken of echo’s maken, patiënten opvangen op de SEH of beleidsoverwegingen maken. Uit elk coschap kan je een scala aan zaken leren en vaak speel je zelf een grote rol in wat die zaken nou zijn. 

4. Neem initiatief en durf dingen te vragen. 

Als je eenmaal weet wat je wilt leren of wat je interessant vindt, is de volgende stap om erachteraan gaan. Wees niet bang om initiatief te tonen. Als je heel graag bij een bepaalde poli, operatie of handeling wilt meekijken, geef dit dan aan. Vaak vinden artsen het alleen maar leuk dat er interesse wordt getoond in hun vakgebied, waardoor je vaak nog de kans krijgt om hele leuke dingen te doen. Denk aan: hechten, incisies zetten of zelfs intuberen. Nee heb je, ja kun je krijgen.  

5. Wees je bewust van je grenzen.  

Het is goed om te beseffen dat je nog niet alles kan en ook nog niet alles hoeft te kunnen.  Je kan niet altijd alles weten en alles leuk vinden. Het is prima om aan te geven dat je je niet bekwaam voelt om iets te doen of dat je het lastig vindt om iets te zien of aanwezig te zijn in een bepaalde situatie. Waak over je grenzen. Jij maakt je eigen coschap, maar dat betekent niet dat dat ten koste moet gaan van jezelf!